22 oktober 2007

Lotte is moe.

Voordat we op vakantie gingen naar de Verenigde Staten van Amerika kregen we van veel mensen te horen dat de jetlag op de terugweg vast niet zo erg zou zijn, we zijn tenslotte jong, hip, happening en flexibel, en zouden daarom vast binnen no-time weer wakker en vol goede zin staan te springen om weer te beginnen aan studie dan wel werk.

Ik denk dat die mensen gewoon een hekel aan ons hebben en ons totaal onvoorbereid in deze wazigheid genaamd 'jetlag' wilden storten. Voor wat meer duidelijkheid zal ik ons vliegschema van de terugweg even uitleggen. Zaterdagmorgen stonden we om 9.00 uur op, wat niet erg vroeg is. Om 12.30 waren we op het vliegveld van Pittsburgh (wat daar tussenin gebeurde leg ik nog wel uit in een echt reisverslag, als ik minder boos ben over mijn jetlag-state of mind). Na wat gegeten te hebben stapten we vervolgens om 14.15, of om het even Amerikaans te houden, 2.15 PM, op het vliegtuig naar Newark, om twee uur later daar te landen.

Kortom: er was nog niets aan de hand, alles was nog running smoothly. Je moet trouwens voor de volledigheid van dit verhaal wel alvast even bedenken dat het op dat moment, 4.15 PM onze tijd, het 22.15 was in tulpenland.

Om 6.45 PM stapten we in het vliegtuig naar Amsterdam. In het vliegtuig schijn je erg goed te kunnen slapen. Het soezende brommende geluid van de motoren, gecombineerd met de vliegtuiglucht waar ongetwijfeld rustgevende middelen inzitten, zorgt ervoor dat de gemiddelde passagier spoedig wegzakt in een fijn, rustgevend dromenland.

Ik niet, jammer genoeg. Nadat een paar frustrerende mislukte slaappogingen heb ik de tijd maar gedood met lezen, muziek luisteren en flauwe tekenfilms kijken op het filmsysteem van het vliegtuig. Uiteindelijk was het 2.15 AM ('s morgens dus) toen we landden op Schiphol. Niet voor ons, jammergenoeg. 8.15 stond op de klok, waar dus een slapeloze nacht aan vooraf was gegaan. Eigenlijk vind ik dat ik het geen nacht mag noemen. Het duurde tenslotte maar tot 2.15. Nacht moet hier dan maar vertaald worden als een soort fast-forward surrealistische tijdsluchtbel waarin je ineens ontbijt geserveerd krijgt op het moment dat je net in slaap begint te vallen.

Niet gaan slapen. Dat was een advies wat ik kreeg over het overleven van een jetlag. En eigenlijk ging dat best makkelijk. Gisteren was ik moe, maar niet zo moe dat het vervelend werd. Na het opruimen van de inhoud van de koffer, het doen van de was en het weer wennen aan thuis-zijn, ben ik om 23.00 naar bed gegaan, met een soort van vermoeden in m'n hoofd dat ik op maandag weer volledig van de jetlag af zou zijn, en heerlijk fris weer zou beginnen aan een nieuwe week.

Ja, dat was het idee. Een blij ontwaak in zonneschijn idee, vol zingende vogeltjes en geurende koffie. Kan iemand mij daarom eens uitleggen waarom vandaag een soort slowmotionfilm lijkt te zijn, waarin mijn hoofd de hele dag al ongeveer twee seconden achterloopt op mijn lijf? Mijn ogen zijn zwaar, ik moet te lang nadenken over simpele dingen, ik gooi suiker in de pastasaus en zout in de koffie, kortom: ik ben moe. Doodmoe. Een vertraagde jetlag, misschien is dat het. Al met al is het erg vervelend, zeker omdat het gisteren zo makkelijk ging. Dankuwel, lieve het valt allemaal wel mee mensen. Het leek zo mooi, zo fijn, zo idyllisch. En ik trapte er na de makkelijke zondag nog bijna in ook.

Geen opmerkingen: